Onduidelijkheden over financieringen Singelgrachtgarage

Op woensdag 10 december vond in de raadsvergadering van de commissie Wonen een heftige discussie plaats tussen wethouder Laurens Ivens (Bouwen en Wonen – SP) en de woordvoerders van PvdA, CDA en GroenLinks. Aanleiding was de voordracht voor de collegevergadering van 18 december om niet € 20 miljoen uit het mobiliteitsfonds te halen voor wijkverbetering en –vernieuwing, maar € 16 miljoen. Dat was tot ieders verrassing en verbijstering in de commissie opeens toereikend. Volgens de toelichting van Laurens Ivens zou op die manier voor het Mobiliteitsfonds een sluitende meerjarenbegroting mogelijk zijn.

In een een artikel in Het Parool van 11 december (PDF) wordt gesuggereerd dat er speculaties in de politieke wandelgangen rondgaan, dat wethouder Pieter Litjens  (Verkeer & Vervoer – waaronder de parkeergarages vallen – VVD) deze € 4 miljoen nodig heeft om de financiering van de Singelgrachtgarage mogelijk te maken. Wethouders Ivens en Litjens zijn gevraagd voor de gemeenteraadsvergadering van volgende week, om met een onderbouwde toelichting te komen op deze verandering in de reeds aangenomen begrotingen.

Op 14 december is onderstaande reactie van de SP gekomen op de vraag vanuit de Vrienden van de Singelgracht:

Geachte vrienden van de Singelgracht,

De suggestie van Het Parool dat vier van de twintig miljoen van de wijkaanpak van onze wethouder Laurens Ivens worden overgeheveld naar het mobiliteitsfonds om de Singelgrachtgarage mogelijk te maken is een verzinsel. De vier miljoen is nodig voor de Spaarndammertunnel. De SP is en blijft tegenstander van aanleg van de garage. Er zijn geen deals over gesloten, niet bij de coalitie-onderhandelingen en ook niet erna. Eerlijkheid gebiedt mij wel te zeggen dat dit niet betekent dat wij aanleg van de garage zonder meer kunnen tegenhouden, maar wij blijven ons daarvoor inzetten.

Vriendelijke groeten,

Daniël Peters
Fractievoorzitter SP Amsterdam

De SP is dus nog steeds tegen de bouw van de Singelgrachtgarage, net als wij.